Stempels kun je natuurlijk op verschillende manieren zelf maken. Met een doorgesneden aardappel kun je al een aardig eind komen. Een afbeelding uit een velletje foam knippen en op een blokje plakken is al wat leuker en er zijn mensen die gutsen in linoleum of een daartoe geschikt rubber of plastic.
Als je een belichter hebt, een transparant waarvan het zwart voldoende dekking heeft, lichtgevoelig clichémateriaal en wat kunstoffen kun je zelf fantastische en professioneel ogende stempels fabriceren.
Men beginne met de voorstelling. Het is handig om meerdere stempels in één keer te maken. De lijntjes van het ontwerp mogen niet te dun zijn, maar het is toch een kwestie van ervaring hoe dun te dun is.
Het ontwerp moet voor het te belichten materiaal negatief zijn en op transparante film staan. Dus lijnen en vlakken moeten doorschijnend zijn, de rest moet zwart worden.
Dit zijn twee geprinte vellen op elkaar gelegd: één vel was te weinig om het zwart echt donker genoeg te krijgen.
Het transparant moet op het lichtgevoelige plaatje worden gelegd en met ultaviolet licht worden belicht. Als dat is gedaan en het plaatje is ontwikkeld en gedroogd hou je een cliché over.
Dat cliché wordt weer bedekt met een laag kunstof, bijvoorbeeld Siliconen. Gebruik geen siliconenKIT, dat plakt als de hel. Misschien kan kit wel, maar dan moet je in ieder geval een losmiddel gebruiken.
Als het siliconending droog is kun je het met bijvoorbeeld latex (rubber) volgieten. Latex heeft wel als nadeel dat er snel luchtbelletjes komen, en die zie je pas als de boel droog is. Tip: vooraf licht bevochtigen met water (uit een fijne sproeier).
En dan dus losknippen en wellicht op een blokje plakken. Hierboven zie je ook nog wat (boekbinders)gaas, dat was wel handig, maar niet noodzakelijk. Het houdt de boel een beetje recht. Vergeet bij het (droge) latex niet om het met wat talkpoeder plakvrij te maken.